Proces MH17 van start

Door: Anneloes van Boeijen

Op 17 juli 2014 verdween vlucht MH17 van Malaysia Airlines, op weg van Amsterdam naar Kuala Lumpur, van de radar. Het toestel stortte nabij Donetsk in Oost-Oekraïne neer, nadat het werd neergeschoten met een BUK-raket. Geen van de 298 inzittenden, waaronder 193 Nederlanders, overleefde de crash.[1] Bijna zes jaar later, op 9 maart 2020, is de strafzaak tegen de eerste vier verdachten begonnen. Vanwege de vele nationaliteiten van de nabestaanden die de zitting willen bijwonen en de wereldwijde mediabelangstelling voor het strafproces, vindt de zitting plaats in het Justitieel Complex Schiphol.[2]

Het strafproces richt zich tegen vier verdachten: drie Russen en een Oekraïner. Deze pro-Russische rebellen worden ervan verdacht een dodelijk wapen naar een locatie in Oost-Oekraïne te hebben gebracht van waar zij de raket hebben afgevuurd die vlucht MH17 heeft geraakt. Twee strafbare feiten worden hen ten laste gelegd. Ten eerste, het doen verongelukken van vlucht MH17 met de dood van de inzittenden tot gevolg, op grond van artikel 168 Sr. Ten tweede, de moord op de inzittenden van vlucht MH17, op grond van artikel 289 Sr.[3]

Voor het strafrechtelijke onderzoek werkten politie en justitie van Nederland, Australië, Maleisië, België en Oekraïne samen in het Joint Investigation Team (JIT) MH17. Een JIT kan worden opgericht wanneer de zaak een grensoverschrijdend karakter heeft, en de complexiteit van het onderzoek en de ernst van het strafbare feit dat vereisen.[4] Afgesproken is dat de vervolging en berechting in Nederland en naar Nederlands recht plaatsvinden. Daarvoor is allereerst een verdrag gesloten met Oekraïne, waarbij het zijn rechtsmacht over de gepleegde misdrijven op het MH17-grondgebied overdraagt.[5] Hierdoor is het mogelijk dat Nederland op Oekraïens grondgebied actief is. Het JIT heeft onderzoek gedaan naar onder andere menselijke resten, wrakstukken van het vliegtuig, radar- en satellietbeelden, telefoongesprekken en getuigen- en deskundigenverklaringen. De vervolging van de vier verdachten door het Openbaar Ministerie is dan ook gebaseerd op de resultaten van dit onderzoek.[6]

Hoewel het onderzoek heeft geleid tot meer duidelijkheid over de vliegramp en tot een strafzaak, wil dit nog niet zeggen dat de vier verdachten ook daadwerkelijk gestraft zullen worden. Zowel in Rusland als in Oekraïne is grondwettelijk bepaald dat zij geen staatsburgers uitleveren aan een ander land. In het verdrag met Oekraïne is daarom bepaald dat de verdachten via een videoverbinding het proces kunnen bijwonen, ook met het oog op artikel 6 EVRM, dat het recht op een eerlijk proces waarborgt.[7] Eén van de vier verdachten heeft zich laten vertegenwoordigen door twee advocaten, de andere drie zijn niet verschenen. De rechter gaat er desondanks vanuit dat zij van hun aanklachten op de hoogte zijn en behandelt de zaak daarom bij verstek.[8]

Mocht het komen tot een veroordeling, dan moet bij weigering van de uitlevering de strafvervolging worden overgenomen als Nederland dat wenselijk acht.[9] De kans dat Rusland hieraan mee zal werken is echter klein. Waarschijnlijker is dat Rusland de uitspraak naast zich neerlegt.

[1] https://nos.nl/artikel/2326391-ruim-2000-dagen-na-de-ramp-gaat-strafzaak-mh17-eindelijk-beginnen.html.

[2] https://www.rtlnieuws.nl/nieuws/nederland/artikel/5049132/extra-uitzending-mh17-proces-van-start-dit-gaat-er-gebeuren.

[3] https://www.telegraaf.nl/nieuws/938623840/dit-zijn-de-vier-verdachten-van-de-massamoord-op-vlucht-mh17; https://www.om.nl/onderwerpen/mh17-vliegramp/vervolging-en-rechtszaak/voordracht-tenlastelegging-9-3-2020.

[4] Artikel 13 EU-RHO.

[5] https://www.eerstekamer.nl/wetsvoorstel/34915_goedkeuring_verdrag_met.

[6] https://www.om.nl/onderwerpen/mh17-vliegramp/strafrechtelijk-onderzoek-mh17-jit.  

[7] N. Blokker en N. Schrijver, ‘MH17: aansprakelijkheid individuen en staten’, NJB 2018/15, par. 743 (online).

[8] https://www.courtmh17.com/nieuws/2020/resume-van-de-dag-9-maart-2020.html.

[9] Artikel 6 lid 2 van het Europees Uitleveringsverdrag.