Raadsman Giërmo B. legt verdediging neer
Door: Berinay Aydin
Advocaat Tjalling van der Groot heeft zijn functie als raadsman van Giërmo B. neergelegd. Afgelopen maandag bevestigde hij zijn terugtrekken aan het NRC na berichtgeving in de Leeuwarder Courant. Giërmo B. wordt verdacht van medeplegen van de moord op advocaat Derk Wiersum in september vorig jaar. Van der Groot wil vanwege het beroepsgeheim niets zeggen over de reden voor zijn terugtrekken.[1] Mag een advocaat zich wel terugtrekken uit een zaak? Zo ja, wanneer en onder welke voorwaarden?
De werkzaamheden van een advocaat worden met name gereguleerd door de Advocatenwet 2015 en de Gedragsregels van de advocatuur 2018. Hierin staat dat de advocaat de volledige verantwoordelijkheid draagt voor de uitvoering van zijn opdracht. Hij kan zich niet aan deze verantwoordelijkheid onttrekken door zich achter zijn cliënt te verschuilen, want hij behoort zich onafhankelijk op te stellen bij het verrichten van zijn werk, ook jegens zijn cliënt.[2] Met andere woorden: de advocaat heeft de leiding over de behandeling van de zaak en dient vanuit de voornoemde verantwoordelijkheid te bepalen op welke manier hij de belangen van zijn cliënt behartigt.[3]
Ondanks deze zelfstandigheid is de advocaat in beginsel toch wel verplicht om instructies van zijn cliënt op te volgen.[4] Dit kan leiden tot fricties tussen advocaat en cliënt; er kan zich een meningsverschil voordoen over de verdedigingsaanpak. Kan zo’n meningsverschil onderling niet worden overbrugd, bijvoorbeeld doordat er een vertrouwensbreuk is ontstaan, dan dient de advocaat zich terug te trekken.[5]
Een advocaat moét zich voorts terugtrekken als er sprake is van belangenverstrengeling.[6] Er is sprake van belangenverstrengeling indien een advocaat twee of meer cliënten met tegenstrijdige belangen in dezelfde strafzaak verdedigt.[7] Denk bijvoorbeeld aan cliënten die tegen elkaar verklaren.
Een advocaat mag zich onder voornoemde omstandigheden dus wel terugtrekken uit een zaak. Dit mag echter niet zomaar. Hij dient ervoor te waken dat de cliënt geen schade ondervindt, procedureel of anderszins.[8] Dit houdt ook in dat hij moet voorkomen dat hij zich op een ontijdig moment uit de procedure terugtrekt, bijvoorbeeld op de dag van de behandeling van de strafzaak. De cliënt zal in zo’n geval geen tijd hebben om een andere advocaat aan te stellen, wat zijn recht op verdediging schaadt. Nu zal dat in het geval van Giërmo B. niet aan de orde zijn. Zijn strafzaak wordt immers nog niet inhoudelijk behandeld en een nieuwe advocaat heeft de verdediging op verzoek van Van der Groot overgenomen.[9]
[1] NRC 30 maart 2020, ‘Advocaat verdachte van moord op Derk Wiersum legt verdediging neer’, https://www.nrc.nl/nieuws/2020/03/30/advocaat-verdachte-van-moord-op-derk-wiersum-legt-verdediging-neer-a3995307.
[2] Regel 14 Gedragsregels voor de advocatuur 2018.
[3] Toelichting bij regel 14 Gedragsregels voor de advocatuur.
[4] Artikel 7:402 lid 1 Burgerlijk Wetboek.
[5] Regel 14, tweede lid, Gedragsregels voor de advocatuur 2018.
[6] Regel 15, tweede lid, Gedragsregels voor de advocatuur 2018.
[7] Toelichting bij regel 15 Gedragsregels voor de advocatuur 2018.
[8] Raad van Discipline Amsterdam 20 maart 2012, Advocatenblad maart 2013, p.47.
[9] AD 30 maart 2020, ‘Verdachte moord advocaat Derk Wiersum heeft nieuwe advocaat’, https://www.ad.nl/binnenland/verdachte-moord-advocaat-derk-wiersum-heeft-nieuwe-advocaat~adda7234/.