Mediation in het strafprocesrecht

Door: Mark Mulder

In een meer herstelgerichte benadering van het strafrecht krijgt mediation een steeds belangrijkere plaats binnen het strafrecht. In deze blog bepleit ik waarom mediation een positieve bijdrage kan leveren aan het strafproces en wellicht nog meer voet aan de grond zou moeten krijgen.

De strafdoelen

Men kan van mening verschillen over waar het gewicht moet liggen bij de straf als het gaat om het te dienen doel. Ook de politiek lijkt hierover zeer verdeeld te zijn. Toch blijkt uit de praktijk dat een herstelgerichte benadering draagvlak lijkt te hebben. Binnen de strafdoelen lijkt daarom meer plaats te zijn voor genoegdoening naar het slachtoffer, persoonlijke verbetering, resocialisatie en herstel van de rechtsvrede in de maatschappij dan louter afschrikking en vergelding. Preventie kan ook op andere manieren dan afschrikking bereikt worden.

Toepassing van mediation bevorderen en meer implementeren in het strafproces

Ik vind het uiterst onwenselijk om van het slachtoffer te verwachten dat deze gedwongen wordt mee te werken aan een mediation-traject. Wel kan mediation meer geïnstitutionaliseerd worden dan thans het geval is. In het Wetboek van Strafvordering is slechts een enkele bepaling aangelegd die de mediation wettelijk verankerd heeft in het strafprocesrecht, namelijk in art. 51h Sr. Dit omvat niet meer dan dat mediation door politie en OM bevorderd wordt en dat bij de strafmaat door de rechter rekening gehouden wordt met de uitkomsten van de mediation. Dit zou naar mijn mening uitgebreid mogen worden. Binnen het familierecht werd succesvol geëxperimenteerd om als onderdeel van de procedure mediation aan te bieden. Ook binnen het strafrecht zou het slachtoffer actiever benaderd kunnen worden om te polsen of diegene tijdens het proces open staat voor mediation, waarbij diegene wordt gewezen op de positieve effecten. Dit als onderdeel van de positie van het slachtoffer als benadeelde partij. Begrijpelijke wraakzucht werkt goed op de korte termijn, maar voor het helen van de emotionele wonden bij het slachtoffer en wellicht ook voor het verlagen van de kans op recidive bij de verdachte op de lange termijn, lijkt een meer herstelgerichte benadering te werken.

Zachtjes afdwingen van mediation?

Mediation kan niet worden afgedwongen, wel worden bevorderd. Men kan de wil van de dader om op een behoorlijke manier aan een mediation-traject deel te nemen koppelen aan een voorwaardelijke invrijheidstelling. Het risico bestaat dat een uitholling van een intrinsieke motivatie ontstaat, hetgeen uiteraard belangrijk is. Anderzijds kan men de dader bewegen een mediation-traject aan te gaan, waarbij in het vooruitzicht wordt gesteld dat aan een gevangenisstraf ontkomen kan worden waar normaal gesproken een korte gevangenisstraf zou worden opgelegd. Het opleggen van korte gevangenisstraffen werken sowieso slecht op de recidive, waarbij een oprechte emotionele verplaatsing van de door de dader aangerichte schade in het leed van slachtoffer verzachtend voor het slachtoffer werkt. Ook hier kun je tegenin brengen dat een gecalculeerde dader, hiervan gebruik zal maken terwijl er geen oprecht berouw is: dat oprechte berouw is onverminderd noodzakelijk voor het succesvol slagen van een mediation

Bronnen:

1. J.A.A.C. Claessen, ‘Pleidooi voor de terugdringing van de korte gevangenisstraf’, NTS 2021/03.

2. A.H.T. de Haas en M.Ü. Özsüren, ‘Bijzonder strafrecht: een herstelgerichte doorbraak dichterbij’, JutD 2020/0172.

3. M.M. Kommer, ‘Rechtzetten, verbeteren en repareren’, Sancties 2021/25.

4. Fred Schonewille, ‘Interview met Toine de Bie en Najima Loukili: Met mediation wordt mensen in een conflict leed bespaard’, TC 2021/14.