Afwezigheid van alle schuld (AVAS)

Wekelijks wordt over de voorgeschreven literatuur van het vak straf(proces)recht II in het tweede semester geblogd. Deze keer is ‘Afwezigheid van alle schuld (AVAS)’ aan de beurt.

Afwezigheid van alle schuld (hierna: AVAS) is een ongeschreven strafuitsluitingsgrond. Het is een strafuitsluitingsgrond die buitenwettelijk is, omdat deze in de jurisprudentie is ontstaan.[1] Strafuitsluitingsgronden kunnen worden opgedeeld in rechtvaardigings- en schulduitsluitingsgronden. AVAS neemt de schuld als element (verwijtbaarheid) uit een strafbare handeling weg. Preciezer geformuleerd is AVAS dus een schulduitsluitingsgrond. Andere schulduitsluitingsgronden zijn: ontoerekeningsvatbaarheid,[2] noodweerexces,[3] psychische overmacht,[4] en onbevoegd gegeven ambtelijk bevel.[5] 

Algemeen

Het Nederlandse strafrecht kent een schuldstrafrecht. Dat betekent dat er in beginsel geen straf volgt zonder schuld.[6] Een beroep op AVAS zorgt er dus voor dat geen straf wordt verkregen ondanks dat een strafbaar feit heeft plaatsgevonden. AVAS bestaat uit een feitelijke toets en normatieve toets. De feitelijke toets behelst de vragen: wat wist of wilde de verdachte en is er sprake van een van de hieronder genoemde soorten AVAS? De normatieve toets behelst de vragen: wat verwachten we van een verdachte en wat had iemand kunnen of moeten doen (Garantenstellung)?[7] Hoe ruim die normatieve toets moet worden opgevat, hangt ook af van de strafbepaling zelf. Denk aan het Leeftijd-arrest waarin de verdachte denkt dat hij met een meerderjarige seks heeft.[8] In dat arrest is bepaald dat de leeftijd bij dit misdrijf geobjectiveerd is in de strafbepaling. De opzet of schuld ten opzichte van de leeftijd is niet vereist, dus de dwaling hieromtrent neemt geen verwijtbaarheid weg. Mede omdat de ratio van de strafbepaling, bescherming van jeugdigen, dan ook helemaal weg zou vallen. De verantwoordelijkheid ligt hier bij de verdachte en niet de minderjarige.[9] 

Soorten AVAS en vereisten

1. Verontschuldigbare dwaling (over feiten of het recht)

• Feitelijke dwaling (error facti)

Bijvoorbeeld: je denkt dat iemand je aanvalt, maar dat is niet zo. Het kan ook gaan om onwetendheid over bepaalde feiten. Het gaat erom dat verdachte dacht dat hij zo moest handelen. Een voorbeeld van verontschuldigbare feitelijke dwaling vind je in het arrest Melk en Water.[10] Van niet-verontschuldigbare dwaling was sprake in het hiervoor genoemde Leeftijd-arrest.[11]

• Rechtsdwaling (error ius)

Er is sprake van onbekendheid met de wet, maar daar tegenover staat dat iedereen geacht wordt de wet te kennen. Vaker zal een beroep worden gedaan op onduidelijkheid van de wet of dat een vergissing is gemaakt in de toepassing van de wet. Een voorbeeld van een geslaagd beroep op verontschuldigbare rechtsdwaling vindt men in het arrest Motorpapieren [12]. In het arrest Gaat u maar, maar wees voorzichtig, werd het beroep niet gehonoreerd.Een autobestuurder moet weten dat alcohol enige tijd nodig heeft om af te breken. Hij mag daarom niet gerechtvaardigd vertrouwen op een opmerking van de agent dat doorrijden geoorloofd is.[13] Ook kan er sprake zijn van rechtsdwaling door een onjuist gegeven advies.[14]

2. Verontschuldigbare onmacht

Door een onverwachte, niet te voorkomen lichamelijke reactie heeft de verdachte zich niet aan de wet kunnen houden. De verdachte heeft niet anders kunnen handelen, het handelen lag buiten zijn macht. Een beroep op verontschuldigbare onmacht werd door de Hoge Raad gehonoreerd in het arrest Blackout.[15]

3. Maximaal te vergen zorg

Verdachte neemt een aanvaardbaar risico, maar heeft de maximale zorg die bij zijn verantwoordelijk past betracht. Verdachte heeft dus alles gedaan om een strafbaar feit te voorkomen, maar het is toch niet gelukt. Een voorbeeld van maximaal te vergen zorg als AVAS is te vinden in het arrest Aflatoxine in pinda.[16]

Geslaagd beroep op AVAS

Zoals in de inleiding is gezegd, is AVAS een schulduitsluitingsgrond die de verwijtbaarheid wegneemt.Een beroep op AVAS kan twee kanten uitwerken. Vrijspraak volgt als het gaat om een culpoos delict waarbij verwijtbaarheid een bestanddeel is in de delictsomschrijving. Ontslag van alle rechtsvervolging volgt (OVAR) als sprake is van een doleus delict waarbij verwijtbaarheid een element is.

Conclusie

Er wordt vaak een beroep op AVAS gedaan, maar dit wordt door een rechter niet gauw aanvaard. Het is niet onmogelijk om een geslaagd beroep te doen, maar het hangt er wel erg vanaf op welke soort AVAS een beroep wordt gedaan. Het is van belang om voldoende feiten en omstandigheden te schetsen waarom een verdachte zich van geen kwaad bewust was en dit ook niet had hoeven zijn.


[1] HR 14 februari 1916, ECLI:NL:HR:1916:BG9431 [Melk en Water].
[2] art. 39 Sr.
[3] art. 41 Sr.
[4] art. 40 Sr.
[5] art. 43 lid 2 Sr.
[6] J. de Hullu, Materieel strafrecht, Deventer: Wolters Kluwer 2018: p. 376.
[7] HR 19 februari 1963, ECLI:NL:HR:1963:2 [Verpleegster].
[8] HR 20 januari 1959, ECLI:NL:HR:1959:BH0983 [Leeftijd].
[9] J. de Hullu, Materieel strafrecht, Deventer: Wolters Kluwer 2018: p. 368.
[10] HR 14 februari 1916, ECLI:NL:HR:1916:BG9431 [Melk en Water].
[11] HR 20 januari 1959, ECLI:NL:HR:1959:BH0983 [Leeftijd].
[12] HR 22 november 1959, ECLI:NL:HR:1949:1 [Motorpapieren].
[13] HR 8 oktober 1991, ECLI:NL:HR:1991:ZC8850 [Gaat u maar, maar wees voorzichtig].
[14] HR 26 februari 2008, ECLI:NL:HR:2008:BC0813 [Rechtsdwaling/Verzwegen vermogen].
[15] HR 1 juni 2004, ECLI:NL:HR:2004:AO5822 [Blackout].[16] HR 2 februari 1993 , ECLI:NL:HR:1993:AB7899 [Aflatoxine in pinda].