Maandag 18 februari gingen we met een groep studenten naar het IBT- centrum te Zutphen. In dit centrum oefenen politieagenten een paar keer per jaar allerlei vaardigheden omtrent geweld. Ze hebben een oefenstraat waarin situaties worden nagespeeld met acteurs. Hoe hou je bijvoorbeeld een verdachte aan in een café? Welke middelen zet je eventueel in: een wapenstok, paperspray of toch een vuurwapen? Ook is er een gymzaal waar politieagenten hun sporttest afleggen. Een circuitje dat ze 5 keer moeten lopen binnen een bepaalde tijd. De tijd die ze er voor hebben is afhankelijk van leeftijd en geslacht. Daarnaast bespreken ze ook in een leslokaal met elkaar een echt gebeurde casus. Tijdens het bezoek hebben wij ook een casus behandeld. Het ging over de 17 jarige Rishi die tegen een
Engelsman op station Hollands spoor had gezegd “i have a gun”, nog geen kwartier later kwamen er 3 politieagenten met getrokken wapen op Rishi aflopen en schreeuwden dat hij stil moest staan en zijn handen omhoog moest doen. Rishi deed wat anders. Hij rende weg en deed zijn handen in zijn zak, dit bewoog een van de agenten te schieten. Het schot was bedoeld voor zijn benen, maar belandde ongelukkigerwijs in zijn nek waar hij nadien aan overleed. Na veel onderzoek is er nooit ergens een vuurwapen gevonden die van Rishi zou zijn. Deze casus riep veel juridische vragen op: Mocht Rishi wel als vuurwapen gevaarlijke verdachte aangemerkt worden? Mocht de politie wel op hem schieten? Hadden ze niet eerst een waarschuwingsschot moeten geven? Kun je de agent vervolgen voor doodslag of eerder mishandeling met de dood tot gevolg? En zijn er dan ook uitsluitingsgronden waar die agent zich op kan beroepen? Conclusie van deze zaak: alleen maar verliezers! Wil je weten hoe de rechtbank er
over dacht? Lees dan de uitspraak nog eens na: ECLI:NL:RBDHA:2013:18257.